Verplichte hernieuwbare energie bij renovatie

Gepubliceerd op 04 januari 2022

Warmtepompen, zonnepanelen of zonneboilers verplicht bij ingrijpende renovatie per 1 februari 2022. Nederland legt per 1 februari 2022 een eis vast voor een minimale hoeveelheid op te wekken hernieuwbare energie met zonnepanelen, zonneboilers of warmtepompen. Dit geldt voor zowel woningen als utiliteitsgebouwen.

Als onderdeel van de inwerkingtreding van de eis is de bijbehorende wijziging van het Bouwbesluit 2012 en het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) officieel gepubliceerd in het Staatsblad. Daarmee wordt de eis voor hernieuwbare energie bij ingrijpende renovatie per 1 februari 2022 definitief van kracht. De wijziging van het Bbl treedt later in werking dan de wijziging van het Bouwbesluit 2012, namelijk op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt. De beoogde inwerkingtreding van de Omgevingswet is 1 juli 2022.

Hét moment bij uitstek

In 2050 dient de gebouwde omgeving in Nederland klimaatneutraal te zijn, net als alle andere sectoren. Minister Ollongren wil vanwege deze reden de huiseigenaren niet uitzonderen van deze nieuwe verplichting. ‘Een ingrijpende renovatie van een gebouw vindt mogelijk slechts één keer in de dertig jaar plaats. Het is daarom de uitgelezen kans om slimme keuzes te maken ten aanzien van de energievoorziening.’.

Verplichting hernieuwbare energie bij ingrijpende renovatie

De verplichting in het kort: Per 1 februari 2022 legt Nederland een eis voor het opwekken van een minimale hoeveelheid hernieuwbare energie (zoals zonnepanelen, zonneboilers of warmtepompen) bij een ingrijpende renovatie. Deze verplichting vloeit voort uit de EU-richtlijn Renewable Energy Directive II (RED II).

Deze richtlijn bevat een verplichting om een minimumwaarde hernieuwbare energie voor te schrijven bij nieuwbouw en ingrijpende renovatie. Voor een deel is deze verplichting al geïmplementeerd. Voor nieuwbouw geldt namelijk sinds 1 januari 2021 de BENG-eisen voor de minimumwaarde hernieuwbare energie.

Oppervlakte methode

Nederland heeft bij de implementatie van de Europese  richtlijnen gekozen voor de oppervlaktemethoden. Dat betekend het volgende:

Er is sprake van een ingrijpende renovatie wanneer meer dan 25 procent van de oppervlakte van de gebouwschil wordt vernieuwd, veranderd of vergroot.

Dat is bijvoorbeeld wanneer een dak of gevel volledig wordt opengelegd en vernieuwd. Vaak zijn gebouwen bij ingrijpende renovatie tijdelijk niet functioneel of bewoonbaar. Er zijn ook renovaties die niet voldoen aan deze definitie van ingrijpende renovatie, omdat de aanpassingen geen betrekking hebben op de volledige bouwschil. U kunt hierbij denken aan: na-isloatie van spouwmuur, na-isolatie van enkelsteensbuitenmuren aan binnen- of buitekant, na-isolatie onder dakpannen of tegen het dakbeschot.

Aanpassingen verwarmings- of koelinstallaties

Verder geldt de verplichting voor huiseigenaren van een minimumwaarde hernieuwbare energie alleen wanneer een technisch bouwsysteem voor ruimteverwarming of ruimtekoeling onderdeel uitmaakt van de ingrijpende renovatie.

Van het gedeeltelijk vernieuwen, veranderen of vergroten van een technisch bouwsysteem is sprake wanneer één of meer van de centrale warmte-, koude-, of warmwater-opwekkers of centrale ventilatie-units veranderd wordt of wanneer een derde of meer van de afgiftelichamen (meestal radiatoren) of inbouwarmaturen wordt geïnstalleerd, vervangen of verbeterd.

Kortom; normaal gesproken geldt de eis voor een minimumwaarde hernieuwbare energie voor alle bestaande gebouwen die ingrijpend gerenoveerd worden en waarbij de verwarmings-of koelingsinstallatie(s) onderdeel uitmaken van de renovatie, zowel voor woningbouw als utiliteitsbouw.

15 procent zonnepanelen

De hoogte van de minimumeis is gebaseerd op een onderzoek van DGMR (link). In dit onderzoek is gekozen voor zonnepanelen als maatgevende techniek. Hierbij is rekening gehouden met zowel, de hoeveelheid, de oriëntatie, de hellingshoek en de ventilatie van de zonnepanelen. Uit dit onderzoek blijkt dat 15 procent zonnepanelen van het dakoppervlakte als een acceptabele minimumniveau wordt gezien bij ingrijpende renovatie. Dit komt overeen met 7 zonnepanelen voor een tussenwoning van 110 vierkante meter. 64 zonnepanelen bij een woongebouw met 33 woningen van 3000 vierkante meter en 12 zonnepanelen bij een klein kantoorgebouw van 298 vierkante meter.

Rekentool

Voor het bepalen van de minimumwaarde hernieuwbare energie die wordt opgewekt door zonnepanelen is geen volledige NTA 8800 berekening noodzakelijk. (de NTA 8800 is de rekenmethode voor de bepaling van de energieprestatie van een gebouw). Er is namelijk een rekentool ontwikkeld die gebruikt kan worden om het aantal zonnepanelen te bepalen om te voldoen aan de nieuwe eis. Bij de keuze voor toepassing van een zonneboiler is wel een NTA 8800-berekening nodig om de minimumwaarde hernieuwbare energie te bepalen.

Uitzonderingen

Op de verplichting zijn bovendien een aantal uitzonderingen van toepassing. Gebouwen met een gebruiksfunctie die een lage energievraag kennen zijn bijvoorbeeld uitgezonderd. Verder is er een uitzondering opgenomen voor bouwwerken die aangesloten zijn of aantoonbaar binnen 3 jaar na de renovatie aangesloten worden op een warmtenet. Bij locatie gebonden omstandigheden of waarbij het vanwege technische belemmeringen niet mogelijk is aan de eis te voldoen geldt ook een uitzondering.

Verder geldt de eis niet wanneer de maatregelen die genomen moeten worden niet binnen 10 jaar kunnen worden terugverdiend. In dat geval moeten er wel maatregelen worden gerealiseerd die een terugverdientijd van minder dan.